Spanje is de populairste bestemming in Europa voor reizende lesbiënnes, homo’s, biseksuelen en transgenders. Die groep draagt naar schatting 6,8 miljard dollar bij aan de Spaanse economie, drie keer zoveel als in Nederland.

“Het is er erg tolerant en leuk. Je loopt hand in hand en dat is geen probleem.” Aan het woord is de 32-jarige Braziliaan Fabiano Ribeiro. Hij heeft het niet over Amsterdam, dat lang werd gezien als de homohoofdstad van de wereld. Ribeiro is op bezoek in Barcelona, schrijft Bloomberg.

Ieder jaar in augustus vindt in de tweede stad van Spanje het grootste homofestival van Europa plaats, met ruim 70.000 bezoekers. Ook in Madrid wappert de regenboogvlag fier in de wind: aan het begin van de zomer was de Spaanse hoofdstad het decor voor de grootste homoparade van Europa.

Spanje is maar wat blij met de groeiende status als homobestemming. Lesbiënnes, homo’s, biseksuelen en transgenders, ook wel bekend onder de afkorting LHBT, geven zo’n 30 procent meer uit dan de gemiddelde toerist, aldus Bloomberg.

In totaal draagt het LHBT-toerisme 6,8 miljard dollar bij aan de economie van Spanje, dat in 2005 als derde Europese land het homohuwelijk legaliseerde. Daarmee laat Spanje Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk achter zich.

Nederland heeft een reputatie hoog te houden als homobestemming, maar blijft qua homotoerisme achter bij de grote Europese landen. LHBT-reizigers stuwen het bruto binnenlands product (bbp) met 2,3 miljard dollar, blijkt uit schattingen van analistenbureau LGBT Capital die zijn opgevraagd door Z24. Dat is 0,26 procent van het totale bbp van Nederland.

Topbestemming voor LHBT'ers is de Verenigde Staten. Lesbiënnes, homo's, biseksuelen en transgenders dragen 21,5 miljard dollar bij aan de Amerikaanse economie. Daarmee is het LHBT-toerisme in de VS veruit het meest ontwikkeld.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl